Tora / Torah / Thora - תורה
Aanduiding voor de 5 boeken (of de wet) van Mozes.
Letterlijk: instructie. Tora is afgeleid van het Hebreeuwse werkwoord ‘jarah’ dat o.a. betekent: een doel raken, onderwijzen, maar ook regenen (Hosea 6:3). Het is een antoniem (tegenstelling) van het Hebreeuwse werkwoord ‘doel missen’ oftewel ‘zondigen’.
Het woord Tora heeft een aantal verschillende betekenissen:
- Instructie, onderwijzing (spreuken 3:1).
- Een aanduiding voor de 5 boeken van Mozes, de Pentateuch. (Meestal vertaald met ‘Wet’ of ‘de Wet van Mozes’, zoals in Mattheüs 11:13: “al de Profeten en de Wet (= de Pentateuch) hebben geprofeteerd tot Johannes toe”.
- Soms een aanduiding voor het boek Deuteronomium (het boek der wet).
- Een boekrol met de 5 boeken van Mozes (sefer Tora).
- Het hele Eerste/Oude Testament (door Joden Tenach genoemd).
- De wet van Christus (1 Cor. 9:21, Gal. 6:2, Joh. 13:34,35)
Naast de geschreven Tora kennen Joden de mondelinge Tora. Dat zijn de lessen en instructies die van vader op zoon zijn doorgegeven en die na de verwoesting van de tempel op schrift zijn gesteld in o.a. de Misjna.