Het licht der wereld
Inhoudsopgave
Inleiding
U bent het licht van de wereld. Een stad die boven op een berg ligt, kan niet verborgen zijn.
Mattheüs 5:14
Wanneer je ‘s avonds aan de oostkant van het meer van Galilea staat zijn er in het water van het meer prachtige weerspiegelingen te zien van de stad Tiberias. Doordat deze stad tegen een berghelling ligt, is Tiberias niet alleen in het donker, maar ook overdag duidelijk zichtbaar.
Ergens in de omgeving van Tiberias heeft Jezus de Bergrede onderwezen. In Zijn dagen bevonden zich daar nog meer steden en dorpen die op of tegen een berg waren gebouwd. Zo lag Chorazin, dat later is verwoest (Lucas 10:13), rond 400 meter boven het meer van Galilea 1 waardoor het al van veraf kon worden gezien. Iets verder naar het noorden ligt op bijna 900 meter boven zeeniveau de stad Safed (Tsefat), de hoogstgelegen stad van Galilea. Het lichtkleurige gesteente van Safed contrasteert met de omgeving en weerkaatst overdag de felle Israëlisch zon op zodanige wijze dat het lijkt of de stad licht geeft.
Hoewel Safed pas halverwege de eerste eeuw zijn huidige naam kreeg en een plaats van belang werd, was het in de tijd van Jezus al een plaats van enige betekenis omdat het deel uitmaakte van de 5 plaatsen waar grote vuren werden gemaakt om het begin van de Bijbelse maanden en jaren te markeren. Dit was van belang om de Bijbelse feesten te kunnen vieren op de tijd die de Here God daarvoor had vastgesteld (Leviticus 23:4).
Wanneer Jezus in de Bergrede over het licht van de wereld en over een stad op een bergtop sprak (Mattheüs 5:14) behoefde dat beeld geen nadere toelichting omdat al Zijn toehoorders uit dat gebied kwamen. Evenmin was het vreemd dat Jezus de twee beelden, het licht van de wereld en een stad op een berg, aan elkaar koppelde.
Aan de hand van deze beelden laat Jezus zien dat ons geloof geen privé aangelegenheid is, die je vooral voor jezelf moet houden. Maar dat we een opdracht hebben om als gelovigen zichtbaar te zijn en licht te brengen in deze duistere wereld. Dit is het centrale thema van de Bergrede (Mattheüs 5:16).
Het licht van de wereld
De uitdrukking licht van de wereld had voor Joden in de tijd van Jezus meer dan een betekenis. Allereerst is het een uitdrukking om daarmee de zon aan te duiden. In deze betekenis wordt het ook in Johannes 11:9 gebruikt.
De zon staat zelf weer symbool voor Gods openbaring, recht, wijsheid en zegen.
Daarnaast werd de uitdrukking licht van de wereld door Joden gebruikt om daarmee een belangrijke Torageleerde of het hoofd van een Toraschool aan te duiden 2. Men noemde het overdragen van kennis verlichten. Daarom werd de meester licht van de wereld genoemd. De leerlingen werden daarentegen lampen of ook wel zonen van het licht (Johannes 12:36) genoemd, totdat zij zelf de titel licht der wereld ontvingen. In het evangelie van Johannes zien we dat Jezus aanvankelijk het licht van de wereld is (Johannes 1:9, 8:12). Later voegt Jezus hieraan toe dat dit het geval is zolang Hij in de wereld aanwezig is (Johannes 9:5).
In de Bergrede gaat Jezus een grote stap verder. Hij zegt in Mattheüs 5:14 dat Zijn volgelingen, die nota bene helemaal geen opleiding tot rabbijn hadden genoten, voortaan het licht van de wereld zouden zijn. Dit moet op deze Galileeërs, waar vaak op werd neergekeken, een enorme indruk hebben gemaakt.
Nu Jezus niet langer fysiek op aarde aanwezig is, zijn wij als gelovigen allemaal geroepen om het licht van de wereld te zijn. Het is opvallend dat Jezus niet zegt: “jullie zijn een licht”, maar “het licht”. Dat betekent dat mensen in de wereld zonder ons niet kunnen ontdekken wie God is. Het is belangrijk om goed te beseffen dat wij allemaal heel belangrijk voor God zijn.
Discipelschap
Het zijn van het licht van de wereld houdt vooral in dat wij tijdens onze dagelijkse omgang met andere mensen door onze houding laten zien wie God is en wat Hij voor ons betekent. Hierdoor wordt God door ons leven voor anderen zichtbaar en niet in de eerste plaats door te preken of door Bijbelteksten te citeren (zie Mattheüs 5:16).
Maar het zijn van het licht van de wereld houdt nog iets in. Naast de praktische toepassing van de Bergrede in ons dagelijks leven hebben we als gelovigen ook de opdracht om onze kennis aan jonge gelovigen over te dragen. Iedereen die al wat langer een volgeling van de Here Jezus is hoort wat hij zelf heeft geleerd weer aan anderen over te dragen, ongeacht hoe oud hij zelf is (1 Timotheüs 4:12). Jezus riep ons in de grote zendingsopdracht niet op om zielen te winnen, maar om volken tot discipelen te maken en hen te onderwijzen wat wij zelf hebben geleerd (Mattheüs 28:19).
De volgende dingen zijn van belang om aan jonge gelovigen te vertellen. Allereerst wat wij persoonlijk uit Gods Woord hebben geleerd en hoe wij dat in ons dagelijks leven in praktijk brengen. Daarbij is het belangrijk te vermelden hoe jij in je dagelijkse omgang met anderen je licht laat schijnen oftewel op welke wijze jij het missionair-zijn handen en voeten geeft. Wanneer wij dat met hen gaan delen zal dat hen inspireren en helpen om hetzelfde te gaan doen en wanneer wij zelf naar anderen luisteren, zal dat ons weer inspireren en aanmoedigen om door te gaan.
Want wij prediken niet onszelf, maar Christus Jezus als Heere, en onszelf als uw dienstknechten om Jezus’ wil. Want God, Die gezegd heeft dat het licht uit de duisternis zou schijnen, is ook Degene Die in onze harten geschenen heeft tot verlichting met de kennis van de heerlijkheid van God in het aangezicht van Jezus Christus (2 Korinthiërs 4:5-6).
Voetnoten
Wanneer je ‘s avonds aan de oostkant van het meer van Galilea staat zijn er in het water van het meer prachtige weerspiegelingen te zien van de stad Tiberias. Doordat deze stad tegen een berghelling ligt, is Tiberias niet alleen in het donker, maar ook overdag duidelijk zichtbaar.
Ergens in de omgeving van Tiberias heeft Jezus de Bergrede onderwezen. In Zijn dagen bevonden zich daar nog meer steden en dorpen die op of tegen een berg waren gebouwd. Zo lag Chorazin, dat later is verwoest (Lucas 10:13), rond 400 meter boven het meer van Galilea 1 waardoor het al van veraf kon worden gezien. Iets verder naar het noorden ligt op bijna 900 meter boven zeeniveau de stad Safed (Tsefat), de hoogstgelegen stad van Galilea. Het lichtkleurige gesteente van Safed contrasteert met de omgeving en weerkaatst overdag de felle Israëlisch zon op zodanige wijze dat het lijkt of de stad licht geeft.
Hoewel Safed pas halverwege de eerste eeuw zijn huidige naam kreeg en een plaats van belang werd, was het in de tijd van Jezus al een plaats van enige betekenis omdat het deel uitmaakte van de 5 plaatsen waar grote vuren werden gemaakt om het begin van de Bijbelse maanden en jaren te markeren. Dit was van belang om de Bijbelse feesten te kunnen vieren op de tijd die de Here God daarvoor had vastgesteld (Leviticus 23:4).
Wanneer Jezus in de Bergrede over het licht van de wereld en over een stad op een bergtop sprak (Mattheüs 5:14) behoefde dat beeld geen nadere toelichting omdat al Zijn toehoorders uit dat gebied kwamen. Evenmin was het vreemd dat Jezus de twee beelden, het licht van de wereld en een stad op een berg, aan elkaar koppelde.
Aan de hand van deze beelden laat Jezus zien dat ons geloof geen privé aangelegenheid is, die je vooral voor jezelf moet houden. Maar dat we een opdracht hebben om als gelovigen zichtbaar te zijn en licht te brengen in deze duistere wereld. Dit is het centrale thema van de Bergrede (Mattheüs 5:16).
Het licht van de wereld
De uitdrukking licht van de wereld had voor Joden in de tijd van Jezus meer dan een betekenis. Allereerst is het een uitdrukking om daarmee de zon aan te duiden. In deze betekenis wordt het ook in Johannes 11:9 gebruikt.
De zon staat zelf weer symbool voor Gods openbaring, recht, wijsheid en zegen.
Daarnaast werd de uitdrukking licht van de wereld door Joden gebruikt om daarmee een belangrijke Torageleerde of het hoofd van een Toraschool aan te duiden 2. Men noemde het overdragen van kennis verlichten. Daarom werd de meester licht van de wereld genoemd. De leerlingen werden daarentegen lampen of ook wel zonen van het licht (Johannes 12:36) genoemd, totdat zij zelf de titel licht der wereld ontvingen. In het evangelie van Johannes zien we dat Jezus aanvankelijk het licht van de wereld is (Johannes 1:9, 8:12). Later voegt Jezus hieraan toe dat dit het geval is zolang Hij in de wereld aanwezig is (Johannes 9:5).
In de Bergrede gaat Jezus een grote stap verder. Hij zegt in Mattheüs 5:14 dat Zijn volgelingen, die nota bene helemaal geen opleiding tot rabbijn hadden genoten, voortaan het licht van de wereld zouden zijn. Dit moet op deze Galileeërs, waar vaak op werd neergekeken, een enorme indruk hebben gemaakt.
Nu Jezus niet langer fysiek op aarde aanwezig is, zijn wij als gelovigen allemaal geroepen om het licht van de wereld te zijn. Het is opvallend dat Jezus niet zegt: “jullie zijn een licht”, maar “het licht”. Dat betekent dat mensen in de wereld zonder ons niet kunnen ontdekken wie God is. Het is belangrijk om goed te beseffen dat wij allemaal heel belangrijk voor God zijn.
Discipelschap
Het zijn van het licht van de wereld houdt vooral in dat wij tijdens onze dagelijkse omgang met andere mensen door onze houding laten zien wie God is en wat Hij voor ons betekent. Hierdoor wordt God door ons leven voor anderen zichtbaar en niet in de eerste plaats door te preken of door Bijbelteksten te citeren (zie Mattheüs 5:16).
Maar het zijn van het licht van de wereld houdt nog iets in. Naast de praktische toepassing van de Bergrede in ons dagelijks leven hebben we als gelovigen ook de opdracht om onze kennis aan jonge gelovigen over te dragen. Iedereen die al wat langer een volgeling van de Here Jezus is hoort wat hij zelf heeft geleerd weer aan anderen over te dragen, ongeacht hoe oud hij zelf is (1 Timotheüs 4:12). Jezus riep ons in de grote zendingsopdracht niet op om zielen te winnen, maar om volken tot discipelen te maken en hen te onderwijzen wat wij zelf hebben geleerd (Mattheüs 28:19).
De volgende dingen zijn van belang om aan jonge gelovigen te vertellen. Allereerst wat wij persoonlijk uit Gods Woord hebben geleerd en hoe wij dat in ons dagelijks leven in praktijk brengen. Daarbij is het belangrijk te vermelden hoe jij in je dagelijkse omgang met anderen je licht laat schijnen oftewel op welke wijze jij het missionair-zijn handen en voeten geeft. Wanneer wij dat met hen gaan delen zal dat hen inspireren en helpen om hetzelfde te gaan doen en wanneer wij zelf naar anderen luisteren, zal dat ons weer inspireren en aanmoedigen om door te gaan.
Want wij prediken niet onszelf, maar Christus Jezus als Heere, en onszelf als uw dienstknechten om Jezus’ wil. Want God, Die gezegd heeft dat het licht uit de duisternis zou schijnen, is ook Degene Die in onze harten geschenen heeft tot verlichting met de kennis van de heerlijkheid van God in het aangezicht van Jezus Christus (2 Korinthiërs 4:5-6).